Hoe je geschiedenis leuk maakt #3: Gekke goden van de Olympus – David Slavin

Nieuwe boeken kiezen is altijd een beetje gokken: ik zag ‘goden’ en ‘Olympus’ in de titel, enkele Griekse zuilen en de bliksemschicht van Zeus. Genoeg voor mij om te gaan checken of deze past in de reeks “Hoe je geschiedenis leuk maakt”. Een kruising tussen Max Modderman, Slimme Rik en de geschiedenis van de Oudheid. Dat is Gekke goden van de Olympus van David Slavin.

Wie een beetje van de historische kaas gegeten heeft, die heeft de namen Adonis, Artemis, Zeus, Poseidon… al wel eens horen vallen. Zij zijn allemaal leerlingen van de Scholengemeenschap Berg Olympus. Wie daar ook rondloopt: de net iets minder bekende Kakdonis (tweelingbroer van Adonis) en zijn vrienden Gassus, Ieniemieniemus, Bacterius en Insomnia (als je ’t mij vraagt een heel toepasselijk naam voor de godin van de wiskunde). Net als op de meeste scholen, is er ook in SBO een kloof tussen de populaire kliek – de goden – en de ‘gekkies’ of niet-goden. Als er aan het begin van het nieuwe schooljaar een schoolambassadeur gekozen moet worden, lijkt de winnaar al op voorhand bekend. Tot Kakdonis beslist dat het genoeg geweest is en zich als tegenkandidaat in de strijd gooit.

Gekke goden van de Olympus is eigenlijk een hedendaags verhaal in een geschiedenisjasje gegoten. Het gaat in de eerste plaats over een onzekere jongen die gepest wordt omdat hij niet populair is. Het gaat, als je ver genoeg doordenkt, over standenongelijkheid. Het gaat over vriendschap en opkomen voor jezelf. Geen nieuwe thema’s dus, maar wel thema’s die kinderen bezighouden. En dan is het wel leuk te weten dat het bij de (Griekse) goden ook niet allemaal vanzelf gaat.

Wat die Griekse mythologie betreft: als je die kent, dan is het heel leuk om de verschillende goden en hun trekjes te herkennen. Als tienjarige zal je ze waarschijnlijk niet zelf herkennen. Toch blijft het een leuke eerste kennismaking. Ik weet niet hoe de reeks verder zal evolueren, maar ik zou het jammer vinden als die karaktertrekken niet nog een beetje meer uitgewerkt worden.  

Leuk is ook dat naast de Griekse mythologie ruimte gemaakt is voor andere culturen. Zo is de moeder van Adonis en Kakdonis de Noordse godin Freya. Zij brengt een heel andere cultuur in het verhaal binnen. Ook andere namen zijn niet afgeleid van bestaande goden, maar vormen leuke woordspelingen. Zo is Streptokokkie bijvoorbeeld de moeder van Bacterius. Zij is een heel bekende luizenmoeder. Dit soort woordspelingen maakt het ook voor volwassenen leuk om het verhaal (voor) te lezen.

De illustraties zijn van de hand van Adam J.B. Lane. Ze vullen het verhaal aan en zijn – net zoals bij eerder genoemde Max Modderman en Slimme Rik – vaak grappig en vooral heel herkenbaar. Ze zorgen bovendien voor een luchtige bladspiegel en veel afwisseling tussen gewone tekst en graphic novel. Dat kan minder sterke lezers over de streep trekken om het boek uit het rek te halen. En daar ben ik altijd fan van.

Gekke goden van de Olympus is dus in de eerste plaats een herkenbaar en makkelijk te lezen verhaal. Het geschiedenisgehalte mag voor mijn part nog wat meer uitgewerkt worden, zodat de Griekse godenwereld  niet louter als decor dient. Misschien groeit dit wel in de rest van de reeks. Ik wacht vol spanning af.

Griekse goden van de Olympus | David Slavin (tekst) en Adam J.B. Lane (ill.) | Uitg. Luitingh-Sijthoff (2020) | 222 pg. | Vert. uit het Engels door Manon Sikkel | Voor lezers vanaf 10 jaar.

Bekijk dit boek op bol.com

4 gedachten over “Hoe je geschiedenis leuk maakt #3: Gekke goden van de Olympus – David Slavin

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s