Vorig jaar stuurde ik de Sint een briefje met mijn (boeken)wensen. Misschien was ik voor de goedheilig man al een beetje te oud, maar in de loop van het jaar werd mijn verlanglijstje toch ingewilligd.
De cd, Listen Without Prejudice, kwam al onder de kerstboom. Dankzij Hebban.nl en Luisterrijk kon ik Ik kan er nét niet bij van Sander Verheijen beluisteren en Spiegel van Cara Delevingne pronkte tussen de downloads van Bookchoice.

Ik wist waarover Ik kan er nét niet bij zou gaan: de tweeling van Sander. Willem, die geboren werd met een zware hersenbeschadiging en Maurits, bij wie autisme vastgesteld werd. Wat ik niet wist, was dat het verhaal nog veel dieper gaat dan dat. Het verhaal begint niet bij Willem en Maurits. Het verhaal begint bij Sander en Jip, die zielsveel van elkaar houden, die weloverwogen beslissen dat ze ouders willen worden, die het deksel op de neus krijgen als dat niet zo vanzelfsprekend blijkt te zijn. Heel open en eerlijk en met een komische noot vertelt Sander over zijn ‘trage zwemmers’ en de eerste hindernissen die genomen moeten worden, voor er van de tweeling zelfs maar sprake is. Hilarisch wordt het helemaal als Pip uiteindelijk toch bevallen is en Sander hopeloos verdwaalt in het ziekenhuis. Met een lach en een traan en vooral heel eerlijk en intiem blikt hij daarna terug op de woelige eerste jaren van de tweeling. Het verhaal is droevig, maar ook ontwapenend. Het vult je met de warmte die een vader voor zijn gezin voelt.
‘Inmiddels weet ik dat verdriet gratis wordt meegeleverd bij de geboorte van een kind. Een verplichte optie, samen met geluk. En ze vechten om het hardst voor de meeste aandacht. Zo veranderen stoere kerels in softies. Overnight.
Ook niet waar. Die stoere kerel ben ik nooit geweest.’
Ik mocht van mezelf een jaarlang geen boeken kopen, maar deze wordt de eerste titel die ik me aanschaf in het nieuwe jaar. Ik wil hem opnieuw lezen, mooie quotes aanduiden en onthouden dat we ondanks alles de moed erin moeten houden. En dat relativeren een kunst is.
Ik kan er nét niet bij | Sander Verheijen |uitgeverij HarperCollins (2017) | 288 pg.


Spiegel, oorspronkelijke titel Mirror Mirror, vertelt hetverhaal van vier vrienden. Elk heeft zijn kruis te dragen. Geen enkele thuissituatie is doorsnee en de vier vinden elkaar in het bandje dat ze, onder impuls van een leraar, opgericht hebben: Mirror Mirror. De band slaat aan en kent al gauw een grote schare fans. Voor de vier is het een uitlaatklep en hoewel ze elkaar voordien nauwelijks kenden, ontstaat er een hechte vriendschap. Als plots Noémie, een van hen, verdwijnt en later uit het water gevist wordt, rijst de vraag of ze zelfmoord probeerde te plegen. Red, een ander bandlid en verteller van dienst, vertrouwt het zaakje niet en gaat op onderzoek uit.
Het verhaal is goed opgebouwd, hoewel mijn vermoeden over de afloop toch wel correct bleek te zijn. Andere elementen of passages waren dan wel weer verrassend. Het viel me op dat Delevingne heel hard haar best doet om zoveel mogelijk problemen in één boek te proppen. De boodschap is duidelijk: wees jezelf, laat anderen je niet voorschrijven hoe of wie je moet zijn. Alleen doet ze naar mijn mening té hard haar best om alle personages met problemen op te zadelen. Hierdoor wordt het soms een beetje belerend: kijk eens hoe slecht een ander het wel kan hebben en hoe sterk al mijn personages zijn. Het had voor mij iets minder gemogen.
Qua vormgeving is het boek wel verfrissend. Het verhaal wordt afgewisseld met e-mails, songteksten, chatgesprekken… Wat het voor de jeugd, voor wie dit boek toch wel bedoeld is, heel herkenbaar maakt. Ook voor jongeren die uit een heel gewoon, gelukkig gezin komen.
Een boek geschikt voor lezers vanaf 14 jaar.
Spiegel | Cara Delevingne | uitgeverij Harper Collins (2017) | 352 pg. | vertaald uit het Engels door Erica Disco
