Een misdaadauteur bevindt zich middenin een moordonderzoek. Meer moet dat niet zijn om inspiratie voor een volgend boek op te doen. Of is het: een misdaadauteur vindt geen inspiratie voor zijn volgende boek en plaatst zijn hoofdpersonage – dat toevallig misdaadauteur is – middenin een moordonderzoek. Toeval of niet? De drie boeken die ik jullie willen voorleggen, spelen zich ook nog eens allemaal op een eiland af.
Dertig dagen duisternis – Jenny Lund Madsen

Een onsympathiek hoofdpersonage dat soms hilarische uit de hoek komt. Daarmee trok Jenny Lund Madsen mij het verhaal in. Literair schrijfster Hannah Krause-Bendix laat zich in al haar arrogantie uitdagen om in een maand tijd een thriller te schrijven. Om zich af te zonderen en in de hoop inspiratie op te doen, trekt ze naar een onooglijk dorpje in IJsland. Ze heeft zich er nauwelijks geïnstalleerd of er wordt een lijk uit het water gevist. Hannah besluit de dood van de jonge Thor als inspiratie te gebruiken voor haar roman.
Het boek begint heel krachtig met een atypisch personage dat zo over the top is dat je wel moet lachen. Helaas verliest ze doorheen het verhaal heel wat van haar scherpe karakter en dat is jammer. Vooral omdat ook de andere personages niet echt uitgediept worden.
Het verhaal op zich flirt met de geloofwaardigheid. Als Hannah zich als amateurdetective probeert te ontpoppen, gaat haar dat niet echt goed af. Soms weet de auteur dit zelf te counteren, maar andere keren moet Lund Matsen zich van dubieuze plottwists bedienen die duidelijk alleen bedoeld zijn om het verhaal op gang te houden. Zo ook de ontknoping trouwens. Die was verrassend, maar voor mij net iets te vergezocht.
Ik ben vol enthousiasme aan dit boek begonnen, maar heb het achteraf wat ontgoocheld dichtgeslagen. De IJslandse zinnen die niet of nauwelijks vertaald werden, stoorden me. Het is me nog altijd een raadsel waarom gastvrouw Ella wel Deens kan schrijven, maar niet spreken en zo zijn er nog wendingen waarvan ik het nut niet helemaal begrepen heb. Vond ik het een slecht boek? Nee. Maar om het nu uit te roepen tot beste thriller van het jaar? Dat zou niet mijn persoonlijke keuze geweest zijn.
Dertig dagen duisternis | Jenny Lund Madsen | Uitg. Ambo/Anthos (2022) | 390 pp. | Vert. uit het Deens door Kor de Vries
De cursus – Elvin Post

Welke aspirant-schrijver droomt er niet van: een schrijfcursus op een onbewoond eiland. Een eiland dat dus heel gemakkelijk kan afgesloten worden van de bewoonde wereld. Voel je de clichés al komen?
Het zegt mij ook wel iets, zo’n exclusieve cursus op een afgelegen eiland. Dat is waarschijnlijk de reden waarom ik meteen in de sfeer van het verhaal zat. Ik zag mezelf al net als Carol een beetje voorzichtig de kat uit de boom kijken, mij installeren in mijn blokhut, aan de lippen hangen van een bestsellerauteur. Geen enkele reden meer om niet zelf aan die bestseller te beginnen. Tot daar toe alles goed. Dat er een paar moorden zouden gebeuren, dat wist ik ook al. Het was alleen op dat moment dat Elvin Post mij kwijt was. Volgens sommige recensenten was het zijn bedoeling de draak te steken met alle clichés die je in deze plot kan tegenkomen. Ik weet niet of het echt zo was, maar hij is er in elk geval wel in geslaagd ze er allemaal in te steken. Dat stoorde mij mateloos.
Ondanks de overload aan dooddoeners, slaagt Post er toch in om een heel spannend verhaal te schrijven. Alleen kon hij mij dus niet verrassen met zijn ontknoping.
Ik ben er nog niet helemaal uit wat voor mij zwaarder doorweegt: de pluspunten voor de sfeerschepping en de spanningsopbouw of de minpunten voor de clichés. Laten we het maar ergens in het midden houden.
De cursus | Elvin Post | Uitg. Ambo/Anthos (2021) | 374 pp.
Het geheime leven van schrijvers – Guillaume Musso

Na de arrogante literaire auteur en de leerling-schrijfster hebben we nog ruimte voor de miskende debutant. Die laatste heet Raphaël Bataille en hij wil verhaal halen bij Nathan Fawles, een vermaarde auteurs die zich na een flitsende carrière terugtrok op een onherbergzaam eiland en nooit meer iets van zich liet horen. Voeg daar een Zwitserse journaliste bij die beweert het geheim te kennen dat Fowles op het eiland houdt en je zit gebeiteld voor een intrigerend verhaal.
De Franse schrijver Guillaume Musso groeide op tussen de boeken en hij heeft ze duidelijk ook gelezen. Het geheime leven van schrijvers geeft niet alleen een mooie inkijk in – jawel – het leven van zowel goedverkopende als wannabe schrijvers, het staat ook bol van de citaten van gerenommeerde auteurs. En die staan er niet zomaar. Ze passen heel goed binnen het plaatje van het bijzondere verhaal dat Musso neerzet.
Van de drie hier genoemde boeken is dit mijn favoriet. Ik schreef er een uitgebreide recensie over op Hebban, die ik je zeker kan aanraden.
Het geheime leven van schrijvers | Guillaume Musso | Xander uitgeverij (2021) | 299 pp. | Vert. uit het Frans door Aniek Njiokiktjien en Félice Portier
Ik vind het altijd een leuk uitgangspunt, maar het is blijkbaar niet zo gemakkelijk om een geloofwaardig verhaal neer te zetten. Tips van jullie zijn dan ook meer dan welkom.
Een gedachte over “3 X inspiratie voor schrijvers”