Een warme ontmoeting op de boekenbeurs
De herinnering is nog levendig. Hoe ik in het ‘tweede middelbaar’ zat en mijn eerste voorzichtige gedichten schreef. Hoe Bart Moeyaert aan de derdejaars kwam vertellen over Duet met valse noten, Terug naar af en waarschijnlijk ook al over Suzanne Dantine. Hoe boos ik was omdat wij er als tweedejaars niet bij mochten zijn. Hoe ik hem toen een fanbrief schreef en er bescheiden een paar van mijn gedichten bijvoegde. Hoe trots en blij ik was toen ik een persoonlijke brief terug kreeg (met een tikfout erin, zodat ik pas weken later doorhad dat hij met ‘daem’ eigenlijk ‘adem’ bedoelde).
Gisteren was ik weer eventjes dat meisje van veertien. En ook weer niet. Want we werden allebei volwassen. Wat is er een betere gelegenheid voor een korte babbel, een handtekening en een foto dan de Boekenbeurs in Antwerpen. Ik beloofde hem een recensie van Helium. Bij deze…
Ik durf het bijna niet te zeggen, want het klinkt een beetje raar, maar toen ik het boekje pas in handen kreeg, heb ik er waarschijnlijk vijf minuten over staan wrijven. Je moet het zelf maar eens proberen. De structuur van de kaft voelt heel zacht aan. Het was het eerste wat me opviel en ik was er een beetje ondersteboven van.
En dan heb ik het nog niet over de inhoud. Ondertussen heb ik het een viertal keer gelezen. De eerste keer was ik te krampachtig op zoek naar betekenis. Zo werkt poëzie echter niet. Daarna heb ik het mondjesmaat hernomen. En toen vergat ik niet te genieten. Zoals met elke dichtbundel, sprak het ene gedicht mij meer aan dan het andere. Sommige, zoals Hoe je het einde herkent, het titelgedicht Helium en de laatste strofe van De nacht en ik hebben me naar de keel gegrepen. Sommige brachten me heel dicht bij mijn mama, die twee jaar geleden stierf. Andere lieten me gelukkig ook glimlachen, zoals de fijne herinneringen die opgehaald worden in Blootsvoets of de herkenbaarheid van Verlegen.

Ik ben er vast van overtuigd dat een gedicht altijd dichter bij de dichter staat dan proza. Helium is daar het – ik zou haast zeggen levende – bewijs van. De afgelopen jaren waren niet gemakkelijk voor Bart Moeyaert. Er was misschien wel de euforie van de ALMA, maar hij zag ook zijn ouders stukje voor stukje verdwijnen. En bij zijn papa werd dat verdwijnen helaas ook heel letterlijk. Dat voel je in de bundel. Het is niet de lichtheid van Verzamel de liefde of de positieve inslag van Gedichten voor gelukkige mensen. Zoals Bart het gisteren zelf zei: “We worden allemaal volwassen” is ook de dichter Bart Moeyaert volwassener geworden. Hij heeft geen verheven woorden of vergezochte beelden nodig om te verwoorden wat verlies is – of het nu om een ouder, een vriend of je jeugd gaat. De gedichten blijven Moeyaert-gedichten. Ik zou ze haast ‘knus’ durven noemen. Ze bieden troost, ook als ze niet vrolijk zijn. Ze doen huilen en glimlachen. En is dat niet de essentie van poëzie?
Vind Helium op bol.comMet dank aan uitgeverij Querido voor het recensie-exemplaar.
Wat tof dat je je eigen ervaring meeneemt in dit verhaal. Dat is juist een leuk weetje.
Ik ben inderdaad van mening dat een gedicht dichter bij de maker staat dan mensen denken, of vermoeden. Het lijken mij mooie gedichten van hem, dus ik ga de bundel aanschaffen.
Groet Mitchel van http://www.mckleuver.nl
LikeGeliked door 1 persoon