Terwijl iedereen ondertussen ‘Schaduwland’ van Robert Bryndza aan het lezen is, moest ik Kate Marshall eerst nog even leren kennen. Hoog tijd om ‘Zonder gezicht ‘te lezen. Hoewel ik destijds met veel plezier in het leven van Erika Foster gedoken ben, was dit boek op de plank blijven liggen.
Nieuwe personages
Het is altijd een beetje aftasten met een nieuw seriepersonage. Meestal vallen we midden in een onderzoek en leren we achteraf de rugzak kennen die de hoofdpersoon met zich meedraagt. In Zonder gezicht kiest Bryndza ervoor om met die rugzak te beginnen. Kate Marshall slaagt er als jonge rechercheur in ‘de Kannibaal van Nine Elms’ te ontmaskeren en op te sluiten.
Pas zestien jaar later komen we haar opnieuw tegen. De zaak die haar grote doorbraak had moeten worden, werd haar grootste nachtmerrie. Ze is haar baan en haar goede reputatie kwijt. Als hoogleraar aan de universiteit van Ashdean probeert ze haar leven weer op de rails te krijgen. Dan komt het verleden plots weer heel dichtbij. Een echtpaar vraagt haar hulp om een nieuwe blik te werpen op de verdwijning van hun dochter, twintig jaar geleden. Ook patholoog Alan Hexham roept haar hulp in als blijkt dat een copycat van de Kannibaal aan het werk is. Samen met haar assistent Tristan gaat ze op onderzoek uit.
Niet overtuigd
Zeker in het begin van het boek was ik ontgoocheld. Zoals gezegd heb ik de boeken met Erika Foster graag gelezen, maar nu duurde het lang voor ik echt in het verhaal zat. Zeker de aanloop – het stuk dat zich in het verleden afspeelt – vond ik maar een flauw politieverhaaltje. Te veel toevalligheden en je zag van ver waar het zou eindigen. Ik vreesde al een beetje voor de rest van het verhaal.
Ook tijdens de uitwerking van de huidige plot, was ik niet altijd even grote fan. Robert Bryndza onderschat zijn lezers. Een beetje meer ‘show’ en minder ‘tell’ zou ik leuker gevonden hebben. De tipjes die van de sluier gelicht worden, zijn geen tipjes maar halen de sluier er bijna helemaal af. Ook sommige toevalligheden kwamen net iets te goed uit om het verhaal nog geloofwaardig te maken. Eerlijk gezegd vond ik dit de minst goede Bryndza tot nu toe.
De kracht van het innerlijke
Wat niet betekent dat het boek helemaal slecht was. De plot wordt sterken naar het einde toe en enkele onvoorziene gebeurtenissen weten de lezer toch nog te verrassen. Sommige passages zijn lekker gruwelijk, wat ik in een thriller wel kan appreciëren.
De uitwerking van de personages – en dan vooral van Kate zelf – heb ik graag gelezen. Haar struggle om nuchter te blijven is heel voelbaar. Haar bezorgdheid om haar zoon schemert door het hele verhaal en zal ongetwijfeld doorgetrokken worden in de volgende delen. Het is een uniek gegeven: wat zal er worden van de zoon van een seriemoordenaar en een rechercheur? Is hij voorbestemd om ook het verkeerde pad op te gaan? Zal hij contact met zijn vader willen onderhouden? Zullen ze een band krijgen en hoe zal die er dan uitzien? Allemaal zaken waar Kate zich zorgen over maakt en waar ik als lezer toch ook nieuwsgierig naar ben.
Het verdict
Als dit het eerste boek van Robert Bryndza geweest was dat ik las, dan zou ik misschien niet meteen overtuigd zijn om de rest ook te lezen. Omdat ik hoop dat dit gewoon een dipje was (of gewoon niet helemaal mijn ding qua vertelstijl), geef ik het vervolg toch graag een kans. Zoals gezegd zit er nog veel potentieel in de personages om ze op een boeiende manier verder uit te werken. Alleen hoop ik daarbij dat Bryndza zijn lezers niet onderschat. Voor mij mag het allemaal een beetje suggestiever.
Zonder gezicht | Robert Bryndza | Uitg. Boekerij (2020) | 397 pg. | Vert. uit het Engels door Willeke Lempens
Bekijk dit boek op bol.comof steun je favoriete boekhandel en #kooplokaal!
Met dank aan de uitgeverij voor het recensie-exemplaar.